“Echt duurzaam bouwen begint bij wat je intact houdt”
Een persoonlijke zoektocht naar balans tussen bestaand en nieuw
Romee Klein Wolterink, docent/onderzoeker bij Interior Design en interieurontwerper, verbouwde samen met haar man een boerderij uit circa 1900 tot een duurzaam woonhuis voor meerdere generaties. Een project waarin vakmanschap, samenwerking én bewustzijn centraal stonden.
Duurzaam bouwen gaat al lang niet meer alleen over het neerzetten van iets nieuws. Het begint steeds vaker bij wat er al is. Niet slopen, maar behouden. Niet opnieuw ontwerpen, maar doorontwikkelen.
“Echt duurzaam bouwen begint niet bij wat je toevoegt, maar juist bij wat je intact weet te houden.” – Romee Klein Wolterink
Bouwen met wat er al staat
De oorspronkelijke boerderij werd omgevormd tot twee woningen en een bijgebouw — ook haar ouders kregen er een plek. Romee werkt vaker samen met haar man, een aannemer, en noemt hen een hecht ontwerpteam: wat zij bedenkt, maakt hij. “Omdat we zo goed op elkaar zijn ingespeeld, is aan één woord vaak genoeg”.
Hoewel het oorspronkelijke plan was om met relatief weinig aanpassingen aan de slag te gaan, bleek er tijdens het proces toch meer nodig dan gedacht. Het dak bevatte asbest en moest vervangen worden, de ruimtelijke wensen vroegen om maatwerkoplossingen en uiteindelijk waren ze ruim een jaar bezig. Toch bleef de kernvraag overeind: Wat is er al, en hoe kun je dat zo logisch mogelijk aanvullen?
Romee vertelt dat ze bewust zoveel mogelijk dragende muren en de bestaande structuur heeft behouden. Waar nodig werden wanden verplaatst of openingen gemaakt voor daglicht, maar altijd met respect voor het karakter van het gebouw.





Duurzaamheid zit in de details
Duurzaam ontwerpen begint voor Romee bij de keuzes die je maakt voordat je iets bouwt. Zo liet ze vooraf een warmteverliesberekening maken, zodat er gericht geïsoleerd kon worden. In plaats van standaardmaterialen koos ze voor houtvezelisolatie — een restproduct van zagerijen.



Ook in de afwerking maakte ze bewuste keuzes. De wanden zijn gestuct met leem en kalk, materialen die vocht reguleren, warmte vasthouden en bijdragen aan een gezond binnenklimaat. “Leem is prachtig,” zegt Romee. “Het ademt mee met de ruimte, maar vraagt ook wat meer zorg. Net zoals wij mensen ook aandacht nodig hebben.”
Voor de vloer koos ze linoleum, een natuurproduct op basis van lijnolie, hars en jute. PVC of gips kwamen er bewust niet in. “Ik kijk niet alleen naar de herkomst van een materiaal, maar ook naar hoe het bevestigd wordt, of het demontabel is, en of het opnieuw gebruikt kan worden.”

Creatief hergebruik en maatwerk
In het hele huis is gezocht naar hergebruik. Romee vertelt dat ze altijd eerst kijkt naar wat er al is. “We hebben zóveel. Het is zonde hoeveel er wordt weggegooid.” Zo werd de trap gemaakt van oude Bentheimer zandsteen elementen, en werd een koeientrog omgebouwd tot wastafel. Tijdens de verbouwing werden oude stalramen teruggevonden, die nu worden gerestaureerd en als inpandige ramen teruggeplaatst.



Ook onderdelen van de vorige bewoners kregen een tweede leven. De bestaande kasten en deuren werden aangepast aan de nieuwe situatie, meubels zijn vrijwel allemaal tweedehands of designklassiekers die hun waarde behouden.
Voor het vaste interieur ontwierp Romee zelf maatwerkoplossingen, onder andere voor de keuken, badkamer en hal. Ze werkte haar ontwerpen uit in 3D en schakelde een interieurbouwer in om ze te realiseren — ook voor de woning van haar ouders.


Soms moesten er concessies worden gedaan. Zo zijn de keukenfronten uitgevoerd in houtfineer. “Massief hout werd afgeraden vanwege de werking. Dit was technisch gezien de beste optie. Dan kijk ik hoe ik het elders compenseer — bijvoorbeeld door het demontabel te maken zodat het later hergebruikt kan worden.”
Ze merkt op dat duurzaamheid niet alleen over materialen gaat, maar ook over levensduur. “Het wringt soms nog wel eens in mijn hoofd — het materiaal is niet ideaal, maar het blijft wél lang mooi. Dat speelt ook mee.”
Leren omgaan met onbekend terrein
Hoewel Romee positief terugkijkt op het hele proces, noemt ze ook de uitdagingen. Zo merkte ze dat er nog veel onbekendheid is rondom natuurlijke materialen. “Als je met leem of kalk werkt, word je al snel weggepraat,” zegt ze. “Mensen vinden het spannend omdat ze het niet kennen. Ze willen zekerheden — glad gestuct, strak en onderhoudsvrij.”
Ze ziet dat er bij veel vakmensen nog weinig kennis is over biobased alternatieven. “De standaardoplossingen zijn goed doorgerekend, maar zodra je afwijkt van de norm wordt het ineens ingewikkeld. Terwijl het juist daar interessant wordt.”





Volgens haar is het essentieel dat ontwerpers snappen hoe iets gemaakt wordt. “De keuze voor het type verbinding is net zo bepalend als de materialisering. Een ontwerp komt pas echt tot leven als je begrijpt hoe het gebouwd wordt.”
Daar ligt ook een opdracht voor ontwerpers: om te laten zien waarom het anders moet. “We willen allemaal in een gezonde omgeving wonen, toch? Een huis dat niet ademt, met materialen die continu schadelijke stoffen uitstoten — dat is voor niemand prettig. Bovendien houdt de aarde ons gedrag niet vol. De natuur biedt zóveel antwoorden, we moeten alleen nog gaan luisteren. En vooral: het nu anders gaan doen.”
Niet af, en dat is prima
Duurzaam bouwen is voor Romee geen aparte stap, maar een andere manier van denken. “Het is minder snel, minder makkelijk — voorlopig nog wel — maar wel veel bewuster.”
“Alles wat natuurlijk is, vraagt aandacht. Dat hebben wij als mensen ook nodig. Zo moeten we ook omgaan met onze huizen en de materialen die we gebruiken.”
Volgens haar begint alles bij het opnieuw leren waarderen van wat er al is. “Als we de waarde van materialen echt weer gaan erkennen, dan kun je niet meer wegkijken. Dan zie je dat ons huidige consumptiegedrag geen houdbare oplossing is.”
Sinds een paar weken woont Romee met haar man in hun nieuwe woning. “We zijn nog niet helemaal klaar. De lampen moeten nog worden opgehangen, er ontbreken nog wat meubels. Maar we nemen de tijd — dat zijn dingen waar je tegenaan moet lopen. Tweedehands, lokaal, met aandacht.”
Het volgende project staat al op de planning: de tuin. Romee heeft een perceel van 5000 m² en wil ook daar dezelfde principes toepassen. “Ik wil een tuinontwerp maken en realiseren zonder gebruik te maken van nieuwe materialen. We gaan het doen met alles dat er al is.”
📬 Meer verhalen over ontwerpen met wat er al is?
Abonneer je hieronder op de nieuwsbrief van Interior Design & Interior Brand Identity voor nieuwe artikelen over regeneratief bouwen, ontwerp met aandacht en duurzame keuzes in de praktijk!